Home

Parketvloeren

Onderhoud

Gezond binnenklimaat

Parketwinkels

Vloerverwarming

Warmtegeleiding

Milieubewust

Duurzaam

Inspiratie

FAQ

> Over ons

> Reviews

> Sponsoren

> Blog

> Activiteiten

Parket op vloerverwarming: een goed huwelijk!

Zo goed als alle nieuwbouwwoningen worden tegenwoordig uitgerust met vloerverwarming en ook in renovatie is vloerverwarming steeds vaker een vanzelfsprekendheid. Hierachter steken meerdere redenen, waaronder het toegevoegd wooncomfort en potentie tot energiezuinig presteren van een woning. Dit artikel zet enkele punten uiteen, waar combinaties parketvloeren en vloerverwarmingssystemen soms tegen aan lopen. Dit met de reden om wederzijdse kennis tussen parketleggers en andere partijen tijdens nieuwbouw en renovatie naar een hoger niveau te kunnen tillen. Enkele basisonderwerpen worden toegelicht, waarmee aan het eind van dit artikel (hopelijk) een stuk basiskennis is toegevoegd.

Verlegpatronen van de vloerverwarmingsbuizen

De meest bekende verlegpatronen in Nederland zijn meander en slakkenhuis. Het meander patroon, waarbij vloerverwarmingsbuis als rivierenmodel parallel aan elkaar verlegd, voert warm water aan, en heeft naarmate de slang parallel terug zigzagt een steeds lagere temperatuur. Bij een slakkenhuis patroon, ook wel eens bifilair genoemd, worden slangen verlegd van buiten naar binnen, en van binnen weer naar buiten, waarbij een slakkenhuisvorm ontstaat.

Voor parketvloeren zal er niet veel verschil tussen beide verlegpatronen zitten. Zorg dat je op de hoogte bent welk verlegpatroon is gebruikt en pas daar je warmtemeting op aan.

Meet altijd op een aantal plaatsen. Qua warmteafgifte verschillen beide vormen van elkaar, maar bij constant, rustig gebruik zal dit bij moderne en efficiënte soorten vloerverwarming ook niet veel verschillen. Constant en rustig gebruik van vloerverwarming (hiermee bedoelen we dat je niet te veel met temperatuur moet variëren, dus geen dag- en nachttemperatuur hanteren maar rustig aanpassen van de gewenste temperatuur) kan je jouw klant overigens als sleutelwoorden meegeven.

Soorten vloerverwarming

Verreweg de meest voorkomende vloerverwarming, is traditionele vloerverwarming welke in een gestorte dekvloer is verwerkt. Sleutelwoorden zijn hier: opstookprotocol, controleren, juiste voorbereiding, juiste lijmen en verwerking. Dit type vloerverwarming is over het algemeen gemiddeld in de efficiëntie, kan met geschikte temperaturen voor parketvloeren werken, waarbij oppervlaktetemperatuur van de zandcementvloer niet boven de 28°C komt. Dit hangt sterk samen met de isolatie van de woning. De warmtebron maakt bij traditionele vloerverwarming niet uit. Meten is weten. Dus meet de oppervlaktetemperatuur van de zandcementvloer en pas zo nodig de aanvoertemperatuur (naar beneden of naar boven aan).

Droogbouwvloerverwarming, veelal in renovatie toegepast, is ondertussen ook steeds bekender en gewilder. Over het algemeen ligt de vloerverwarmingsbuis bij droogbouwvloerverwarming niet erg diep onder de oppervlakte van de dekvloer. Let daarom op het gebruik van nagels of schroeven of vergelijkbaar.

In de markt komen droogbouwsystemen met- en zonder warmte spreidende techniek voor. Over het algemeen is een systeem zonder warmte spreidende techniek wat minder gunstig, aangezien er hier rond de buis in de vloer een hogere temperatuur concentratie kan heersen dan naast de buis of in het midden van twee buizen. Een dergelijk systeem zal dan ook wat hogere temperaturen nodig hebben voor een bepaald verwarming vermogen.

Warmte spreidende techniek voorkomt hoge temperatuur concentraties in de vloer, en zorgt er daarnaast voor dat temperaturen bij een bepaald verwarm vermogen minimaal kunnen blijven. Dit is efficiënt en over het algemeen fijner voor de afwerkvloer, doordat er in mindere mate spanning in de vloer zal optreden. Bij compleet droog verlegde droogbouw systemen is een opstookprotocol over het algemeen overbodig, en volstaat een 24 uur wachttijd na aanbrengen van een laatste laag, tenzij anders aangegeven door leverancier. In de brochure staan van de verschillende droogbouwvloerverwarmingssystemen de installatievoorschriften.

Opstoken met vloerverwarming en verschillende warmtebronnen

Om een nat aangebrachte dekvloer gecontroleerd te laten drogen moet het opstookprotocol doorlopen te worden. In de markt komen steeds nieuwe, modernere en efficiëntere warmtebronnen, waarbij een opstookprotocol af en toe lastig is. Vertrekpunt is te allen tijde informatie in te winnen bij de installatiepartner welke het systeem heeft aangebracht, of welke verantwoordelijk is voor de werking ervan.

Bij conventionele systemen op fossiele brandstof, is de aanvoertemperatuur vaak goed in te stellen. Systemen die op stadsverwarming zijn aangesloten hebben over het algemeen een thermostatisch regelelement bij de vloerverwarming verdeler. Deze kan de temperatuur in de vloerverwarming aansturen, en hiermee is een opstookprotocol ook goed te doorlopen. Bij sommige (weersafhankelijk geprogrammeerde) systemen, zoals sommige warmtepompen, is het doorlopen van een opstookprotocol moeilijk of onmogelijk door het ontbreken van een regelelement of thermostaat. In dat geval doe je er het beste aan, in overleg met de installateur, om een tijdelijke mobiele elektrische verwarming te schakelen op het systeem. Deze kan dan het opstookprotocol doorlopen. De installateur kan je hier meer over vertellen.